Natuur

Klimaatverandering en de huidige duurzaamheidsvraagstukken maken de juiste keuzes voor natuurontwikkeling belangrijker dan ooit. De Nederlandse natuur dient onder andere als kustbescherming tegen de ruige Noordzee, als klimaatbuffer en als hoogwaterbestrijding. Deze functies willen we graag behouden en versterken, zonder af te doen aan de intrinsieke waarde van de natuur. In de 21ste eeuw staan grote veranderingen voor de deur.

Verdroging en verzilting

De natuur in Nederland lijdt op dit moment onder verdroging en verzilting van de bodem. Met het stijgen van de zeespiegel en het gecontroleerd doorprikken van enkele dijken zijn we genoodzaakt enkele grote natuurgebieden, zoals de Biesbosch en Wieden-Weerribben, te ontwikkelen tot nieuwe bijzondere natuur op de overgang van zoet naar zout water. De overstromingsvlaktes zullen door de getijdewerking een dynamisch milieu met een overgang van zout naar zoet water creëren. Daar kunnen bijvoorbeeld veel soorten watervogels en vissen in leven. We voorzien hier ook in nieuwe zoetwaterbassins. Op de plek van de Betuwe ontstaat een nieuwe, grotere Biesbosch. De nieuw opgespoten Waddeneilanden zijn een mekka voor de zeer biodiverse natuur van het duinlandschap. Dankzij het waterrijke natuurlandschap ontstaat een robuust, duurzaam netwerk van natuurgebieden.

Behoud, herstel en ontwikkeling

Het inrichten van de natuur draait om behoud, herstel en ontwikkeling. Bosgebieden en andere grote natuurgebieden op de zandgronden blijven behouden en worden versterkt. We stellen voor deze gebieden te verbinden. Dat kan door de natuurlijke beken en rivieren te herstellen, door ze te omgeven met een groene mantel dwars door stedelijke gebieden. Deze beken en rivieren verbinden de zandgronden met de (deels overstroomde) klei- en veengronden. Het Natuurnetwerk ronden we af en daarmee worden enkele grote natuurverbindingen compleet. Zo wordt de Veluwe op een robuuste manier verbonden met de Oostvaardersplassen en de Utrechtse Heuvelrug.