Gebiedsprogramma's

Gebiedsprogramma’s zijn de essentie van gemeenschapsontwikkeling en regionale planning. Ze zorgen voor een belangrijk kader voor duurzame stedelijke ontwikkeling. In een gebiedsprogramma worden verschillende facetten van ruimtelijke planning, milieu, duurzaamheid en sociale samenhang verweven. Ze geven initiatiefnemers inzicht voor ruimtelijke ontwikkelingen in een gebied. Gebiedsprogramma's brengen de ambities en kaders in kaart waarbinnen de gemeente wil meewerken aan nieuwe initiatieven.

Belangrijke componenten gebiedsprogramma

Gebiedsprogramma's bevatten veel verschillende aspecten waaronder stedelijke planning, landschapsarchitectuur, economische ontwikkeling en sociale inclusie. Bij het opstellen van gebiedsprogramma's streeft BRO naar een duurzame en veerkrachtige ontwikkeling van de gemeenschap.

Participatie voor betrokkenheid gemeenschap

Betrokkenheid van de gemeenschap is belangrijk voor het succes van gebiedsprogramma's. Participatie van belanghebbenden zorgt voor een inclusieve besluitvorming. Dit versterkt ook het gevoel van eigenaarschap onder burgers.
BRO heeft ruime ervaring met participatie en middelen om belanghebbenden te betrekken en te informeren bij de totstandkoming van gebiedsprogramma’s. Wij kunnen u strategisch adviseren over de juiste mix van participatie-instrumenten. Zodat ze bijdragen aan draagvlak en betrokkenheid vanuit de belanghebbenden in het gebied.

Doel van gebiedsprogramma's

Gebiedsprogramma's hebben als voornaamste doel het bevorderen van duurzame ontwikkelingen binnen specifieke stedelijke gebieden. We hanteren een integrale benadering bij het opstellen van gebiedsprogramma's. Daarmee streven we naar een optimaal evenwicht tussen verschillende aspecten van de samenleving voor het betreffende gebied. Aspecten zoals huisvesting, infrastructuur, milieu, gezondheid en sociale inclusie.

Door intensieve participatie trachten wij met het programma een inclusieve besluitvorming te bevorderen. Tevens proberen we een gevoel van eigenaarschap onder de lokale bevolking te versterken. Het uiteindelijke doel is om leefbare, veerkrachtige gemeenschappen te creëren. Gemeenschappen die zowel op korte als op lange termijn kunnen gedijen in een steeds veranderende omgeving.

Stedelijke en landelijke gebiedsprogramma's

Stedelijke gebiedsprogramma's concentreren zich vaak op het optimaliseren van de beschikbare ruimte en het verbeteren van stedelijke voorzieningen. Landelijke gebiedsprogramma's richten zich meer op het behoud van natuurlijke landschappen, het ondersteunen van landbouwpraktijken en het behouden van de lokale culturele identiteit. Hiervoor zijn ook doelen opgesteld door het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG).

Doelen NPLG

De doelen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied zijn gericht op het verbeteren en behouden van de kwaliteit van het landelijk gebied in Nederland. Door het nastreven van deze doelen draagt het NPLG bij aan het behoud en de ontwikkeling van een vitaal en veerkrachtig landelijk gebied in Nederland. Enkele belangrijke doelen van het NPLG zijn:

1. Natuurbehoud en -ontwikkeling: beschermen en verbeteren van de biodiversiteit en natuurlijke habitats in landelijke gebieden, waardoor deze gebieden ecologisch gezond blijven.
2. Landschapskwaliteit: behouden en versterken van de landschappelijke kwaliteit van het platteland, waaronder het behoud van karakteristieke elementen zoals boerderijen, houtwallen, en historische gebouwen.
3. Duurzame landbouw: stimuleren van duurzame landbouwpraktijken die rekening houden met milieu, natuur en landschap, en die bijdragen aan een gezonde voedselproductie en een robuuste agrarische sector.
4. Recreatie en toerisme: bevorderen van recreatieve en toeristische activiteiten in landelijke gebieden, waardoor deze gebieden aantrekkelijk blijven voor bewoners en bezoekers.
5. Leefbaarheid: verbeteren van de leefbaarheid van plattelandsgemeenschappen door het bieden van voorzieningen en het stimuleren van sociale samenhang en participatie.

Opstellen van een gebiedsprogramma

Het opstellen van een gebiedsprogramma is een complex proces dat nauwkeurige planning, samenwerking en betrokkenheid van verschillende belanghebbenden vereist. Het opstellen van gebiedsprogramma's vereist een geïntegreerde en participatieve aanpak om ervoor te zorgen dat de programma's effectief inspelen op de behoeften en uitdagingen per gebied. BRO werkt voor u op maat een aanpak uit, waarbij wij rekening houden met de eisen en doelstellingen van de Omgevingswet. Onderstaande stappen vormen een basis voor de aanpak bij het opstellen van een gebiedsprogramma:

1. Analyse van bestaande situatie: een grondige analyse van de huidige situatie van het gebied wordt uitgevoerd. Dit omvat het beoordelen van de huidige infrastructuur, ruimtelijke ordening, economische activiteiten en milieukwaliteit.
2. Vaststellen van behoeften en doelstellingen: de behoeften en doelstellingen van het gebied worden geïdentificeerd. Dit omvat het analyseren van demografische gegevens, economische trends, milieu kenmerken en sociale factoren die van invloed zijn op het gebied.
3. Stakeholderbetrokkenheid: het betrekken van belanghebbenden bij het planningsproces is essentieel. Dit omvat lokale overheden, gemeenschapsorganisaties, bedrijven, bewoners en experts op verschillende gebieden. Door middel van overleg en participatie worden verschillende perspectieven en belangen in kaart gebracht. Hierbij houden wij rekening met uw participatiebeleid en de eisen vanuit de Omgevingswet. Maar meer nog kijken wij naar de opgave en partijen in het gebied, die we op de juiste toon aanspreken en via het passende communicatiemiddel betrekken in het participatieproces.
4. Formuleren van strategieën: op basis van de behoeften en input van belanghebbenden worden strategieën en actieplannen ontwikkeld om de doelstellingen van het gebiedsprogramma te bereiken. Dit omvat maatregelen op het gebied van ruimtelijke ordening, natuurbehoud, economische ontwikkeling, sociale inclusie en duurzaamheid.
5. Opstellen van het programma: het gebiedsprogramma wordt opgesteld waarin de strategieën, actieplannen en prioriteiten worden vastgelegd. Hierbij worden ook de benodigde middelen, financiering en verantwoordelijkheden bepaald.
6. Goedkeuring en implementatie: het gebiedsprogramma wordt voorgelegd aan relevante besluitvormingsorganen voor goedkeuring. Na goedkeuring wordt het programma geïmplementeerd, waarbij de voortgang en resultaten regelmatig worden geëvalueerd en bijgestuurd indien nodig.